De gedichten van Marwin Vos zijn als drones: ze infiltreren op plekken waar niemand kijkt en verzamelen informatie. Over smeltende Alpen, vluchtelingen in koelwagens en belastingparadijzen, maar ook over de tuinierende stadsgenoten van de dichter. Dat zorgt voor wrijving, want geldstromen, apparaten en ambitie opereren het liefst ongestoord. Om in deze wereld te kunnen leven moeten er vluchtlijnen worden uitgeworpen en tussenruimtes ontworpen, opdat er ruimte is voor de dingen om terug te kijken.Oorlogspaarden tot in de buitenwijken is een gids, een methode en een taalvoorraad, waarin zinnen het gereedschap zijn waarmee je je voortbeweegt door de werkelijkheid.
of je migreert
of je modificeert
of je graaft je in
of je sterft