p. 651
blik
Onafgewerkte bijdragen aan een denken voorbij de politiek
Over de nihilistische ontwaarding van grote, of minder grote, waarden die niet zelden het karakter hebben van afgoden.
‘Nihilisme en resistentie’ brengt, vanuit de marges, uiteenlopende bijdragen samen die een ontwaarding van God en de Mens, van de Politiek en het Politieke — dat wil zeggen van het transcendente en de staat — bestrijken. We volgen het nihilisme als een meervoudigheid van processen, nemen plaats op deze processen en hebben tezelfdertijd steeds oog voor het samenspel met resistentie. Vanuit de revolutionaire ethiek beschouwd is ‘resistentie’ een recht, een recht dat het subject in staat stelt niet ‘ toe te geven’, niet ‘ stand te houden’ of louter zijn bestaan te affirmeren — tegen de dood in. Resistenties kunnen naar de Revolutie leiden, maar kunnen ook contrarevolutionair of zelfs fascistisch van aard zijn, in het bijzonder wanneer ze ageren ‘in naam van’ een identitair of historisch idool.
Alain Meynen’s benadering is historisch, en draagt bij aan de geschiedenis van de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw — een geschiedenis die wordt opgevat als studie van ‘subjectiviteiten en temporaliteiten’; en de Geschiedenis niet aan een destructie ontsnapt.
Tot de cases die aan bod komen behoren onder meer de ontwaarding van de consumptiemaatschappij en ruimer van de ‘Spektakelwaar’ en van de cinema in het bijzonder; maar ook de bijdrage die uitging van de filosofische kant van mei ‘68 voor de ontluistering van de (zelfopvatting van het subject als een zichzelf autonoom vormend subject. Dan: het einde van de liefde… Maar ook haar failliet, dat we documenteren aan de hand van eigen ervaringen, van de revolutionaire organisatie van het voorhoede type en van de strijdvormen van de traditionele georganiseerde arbeidersbewegingen. Dit werk besluit met een theoretische bijdrage dat het lege en het aleatorische poogt te herstellen, en het te beschermen van een verdwijnen in een geschiedenisfilosofie van voldongen feiten.
Alain Meynen (Brussel) was docent en wetenschappelijk vorser. Hij militeerde een tijd in radicaal linkse stromingen. Op zijn naam staan een reeks publicaties, variërend van bijdragen over economische politiek tot verhandelingen over de geschiedenis van denksystemen.
*
inhoud:
Voorwoord: onafgewerkt
(1) De tendentiële daling van de gebruikswaarde en de opheffing van de cinema. Omtrent La société du spectacle (1967) van Guy Debord.
(2) Mei ’68, Lenin en L’Anti-Œdipe. De geboorte van een nieuw subjectbegrip.
(3) De kapitalistische machine; – volgens Marx en in L’Anti-Œdipe.
(4) Revolutionaire organisatie en zelfontbinding. Fragmenten van een institutionele analyse van de marxistische subjectiviteit en van hoe de ‘doodsstrijd van het kapitalisme’ vergezeld gaat van de doodsstrijd van de georganiseerde marxistische revolutionaire gedachte.
(5) Tragedie, authenticiteit en antikapitalisme. Omtrent de beeldende schriftuur van de Grote Staking.
(6) Legitimiteit, staat en geschiedenis. Over nut en nadeel van de studie van de politieke filosofie en van de geschiedenis van het politieke denken voor een amoreel staatsbegrip.
(7) Transgressie en het masochistisch contract. Omtrent The Night Porter (Liliana Cavani, 1974).
(8) Het lege niets. L’Etranger revisited.
redactie Janne van den Bosch, met medewerking van Joost Beerten